De familie Schönhuth is sinds de opname van C.W. Schönhuth in de zaak van zijn schoonvader J.A. Haas nauw betrokken gebleven bij de bedrijven die Haas in hun naam voerden. Haar leden vormden grotendeels de eigenaren, vennoten, aandeelhouders, commissarissen en/of directieleden van deze bedrijven. Zij belegden als privé-personen niet alleen in bovengenoemde bedrijven, maar ook in andere bedrijven als HIM-Chemie NV en NV BATEC en in onroerend goed. Een voorbeeld van dit laatste is de aankoop door C.W. Schönhuth in 1885 van De Nieuwe Schouwburg aan de Jansweg 53-55, die (later) verhuurd werd aan de firma Schouwburg Jansweg met Café. Gezien de aanwezigheid van een café werd mogelijk door deze belegging tevens de afzet van gedistilleerd door de firma J.A. Haas en Zoon bevorderd. De schouwburg werd op 14 oktober 1927 verkocht aan NV Almeria. Maatschappelijke nevenactiviteiten van de familie Schönhuth komen tot uiting in de verschillende functies die O.F.H. Schönhuth binnen het tijdvak 1901-1937 heeft vervuld voor de Evangelisch Lutherse Gemeente te Haarlem zoals kerkrentmeester, regent van het Evangelisch Luthers Wees- en Oudeliedenhuis, beheerder van het Schoolfonds en bestuurslid van de Evangelisch Lutherse Zondagsschool en Jeugdkerk.