De afdeling had taken omtrent:
- het verstrekken van inlichtingen en het doen van onderzoekingen op economisch gebied ten behoeve van regeringsinstellingen in Nederland en overzeese gebiedsdelen, het bedrijfsleven en personen en instanties die daarmee in verband staan. Allemaal omtrent de economische, financiële en monetaire toestand; marktsituaties, afzetmogelijkheden, handelsgebruiken, betalingscondities etc; aanbestedingen en uit te voeren grote werken; adressen van producenten, handelaren, vertegenwoordigers, etc.; invoerrechten, contingenteringen, deviezenbepalingen, douanevoorschriften, handelsverdragen, overheidsmaatregelen;gegevens uit in –en uitvoerstatistieken e.a. economisch-statistische gegevens; gegevens betreffende jaarbeurzen en tentoonstellingen (1937-1940).
- samenstellen, bewerken en verspreiden van publicaties op economisch gebied (weekblad ‘Economische Voorlichting’ en geschriften voor propaganda over Nederland in het buitenland) (1937-1940);
- het organiseren van deelnemingen aan jaarbeurzen en tentoonstellingen in het buitenland, verspreiden van propaganda geschriften, bevorderen van een juiste economische berichtgeving over Nederland in de buitenlandse pers (1937-1940);
- verlenen van hulp aan Nederlandse zakenlieden bij het zoeken van afzetgebieden, aanknopen en in stand houden van handelsbetrekkingen (1937-1940);
- contact met de Economische Raad en zijn vast commissies, de Nederlandse diplomatieke en consulaire vertegenwoordigers in het buitenland, het Kantoor voor de Handel van het Departement van Economische Zaken te Batavia, het Bureau voor Sociale, Economische en Crisiszaken van het Departement van Financiën te Paramaribo, het Departement van Economische en Sociale Zaken te Willemstad (Curaçao), de Afdeling Handels-museum van het Koloniaal-Instituut, de Centrale Commissie en Centraal Bureau voor Statistiek, de Kamers van Koophandel en Fabrieken in Nederland, de Stichting tot bevordering van de uitvoer, de Vereniging Bureau voor Handelsinlichtingen, de Nederlandse Kamers van Koophandel in het buitenland en andere twee-landen-organisaties, de Contact commissie voor de Werelduitzendingen, het Internationaal Tentoonstellingenbureau, de Stichting Landverhuizing Nederland en andere instanties met betrekking tot de economische voorlichting (1937-1940);
- contact met de Stichting tot Bevordering van de Uitvoer (vanaf 1939).[2]