Overzicht relaties

Hierarchisch bovenliggend
Voorgangers en opvolgers
Beschrijving
Bestaansperiode
Begindatum
1937
Einddatum
1940
Geschiedenis

De Economische Voorlichting was al in 1932 in het leven geroepen. Voor een goede informatievoorziening waren intensieve contacten nodig met de Nederlandse consulaten in het buitenland. De consuls konden rechtstreeks met Economische Zaken corresponderen over zaken op economische terrein. Het takenpakket van de Economische Verlichting werd meerdere malen aangepast in de jaren 1936 t/m 1938.[1]

 

 

Functies en activiteiten

De afdeling had taken omtrent:

- het verstrekken van inlichtingen en het doen van onderzoekingen op economisch gebied ten behoeve van regeringsinstellingen in Nederland en overzeese gebiedsdelen, het bedrijfsleven en personen en instanties die daarmee in verband staan. Allemaal omtrent de economische, financiële en monetaire toestand; marktsituaties, afzetmogelijkheden, handelsgebruiken, betalingscondities etc; aanbestedingen en uit te voeren grote werken; adressen van producenten, handelaren, vertegenwoordigers, etc.; invoerrechten, contingenteringen, deviezenbepalingen, douanevoorschriften, handelsverdragen, overheidsmaatregelen;gegevens uit in –en uitvoerstatistieken e.a. economisch-statistische gegevens; gegevens betreffende jaarbeurzen en tentoonstellingen (1937-1940).

- samenstellen, bewerken en verspreiden van publicaties op economisch gebied (weekblad ‘Economische Voorlichting’ en geschriften voor propaganda over Nederland in het buitenland) (1937-1940);

- het organiseren van deelnemingen aan jaarbeurzen en tentoonstellingen in het buitenland, verspreiden van propaganda geschriften, bevorderen van een juiste economische berichtgeving over Nederland in de buitenlandse pers (1937-1940);

- verlenen van hulp aan Nederlandse zakenlieden bij het zoeken van afzetgebieden, aanknopen en in stand houden van handelsbetrekkingen (1937-1940);

- contact met de Economische Raad en zijn vast commissies, de Nederlandse diplomatieke en consulaire vertegenwoordigers in het buitenland, het Kantoor voor de Handel van het Departement van Economische Zaken te Batavia, het Bureau voor Sociale, Economische en Crisiszaken van het Departement van Financiën te Paramaribo, het Departement van Economische en Sociale Zaken te Willemstad (Curaçao), de Afdeling Handels-museum van het Koloniaal-Instituut, de Centrale Commissie en Centraal Bureau voor Statistiek, de Kamers van Koophandel en Fabrieken in Nederland, de Stichting tot bevordering van de uitvoer, de Vereniging Bureau voor Handelsinlichtingen, de Nederlandse Kamers van Koophandel in het buitenland en andere twee-landen-organisaties, de Contact commissie voor de Werelduitzendingen, het Internationaal Tentoonstellingenbureau, de Stichting Landverhuizing Nederland en andere instanties met betrekking tot de economische voorlichting (1937-1940);

- contact met de Stichting tot Bevordering van de Uitvoer (vanaf 1939).[2]

Relaties
Bovenliggend niveau
Naam Periode Beschrijving
Directie Handel en Nijverheid (EZ) 1937 tot 1940
Voorgangers
Naam Jaar van overgang Beschrijving
Afdeling Economische Voorlichting (HNS) 1937
Beheer
Identificatiecode van de instelling
Nationaal Archief
Publicatiestatus
Definitief
Niveau van detaillering
Gedeeltelijk
URL (permalink)
https://hdl.handle.net/10648/d522baad-4506-4df2-b794-ac58c8eca644
Bronnen

[1] F.J.M. Otten, Gids voor de archieven van de ministeries en de Hoge Colleges van Staat 1813-1940 (Den Haag 2004) 257.

[2] F. Blom, Rapport ... organisatie, taken en personeel van de Afdeling Handel en Nijverheid c.a. van het Ministerie van Economische Zaken en taakvoorgangers, 1878-1945 (Winschoten 1986) 20-25.