De afdeling had taken omtrent:
-adviezen inzake het ten aanzien van de raden te voeren beleid;
-verstrekking van adviezen aan de secretarissen van de raden inzake organisatorische en algemene beleidsproblemen;
-toezicht op een juiste uitvoering van de aan de raden opgedragen taken en op de naleving van de terzake gegeven richtlijnen;
-bevordering van de eenheid in omvang en organisatie van de werkzaamheden van de raden onderling door het ontwikkelen en introduceren van normen;
-het opstellen van richtlijnen en het wijzigen c.q. aanvullen van richtlijnen voor de directies van de rijksinrichtingen;
-controle op het in de rijksinrichtingen gevoerde beheer;
-verstrekking van aanwijzingen en adviezen aan de directies van rijksinrichtingen inzake pedagogische, organisatorische, administratieve en algemene beleidsproblemen.[1]