De leden van het Burgerlijk Armbestuur (ook wel bestuurders van de buiten of algemene armen genoemd) waren tevens regenten van het Wees- en Armhuis en werden door het gemeentebestuur benoemd. In 1796 werd het pand de Nieuwe Gekroonde Bontekoe, gelegen tussen de Raadhuisstraat en het Zandvaartpad, gekocht door het Burgerlijk Armbestuur om in te richten als Wees- en Armhuis. Op 1 mei 1861 werd het Wees- en Armhuis als gemeente-instelling opgeheven. In augustus 1850 werd het Fonds tot Werkverschaffing te Heemstede opgericht. Het bestuur bestond uit tenminste drie personen die tevens leden van het Burgerlijk Armbestuur en regenten van het Wees- en Armhuis waren. Doel van het fonds was werkverschaffing teneinde daardoor de armoede te lenigen en zo mogelijk voorkomen. De mannen moesten netten breien en de vrouwen breiden kousen en naaiden verschillende kledingstukken. Het fonds bestond uit vrijwillige bijdragen en uit de opbrengst van een loterij. Het was de bedoeling dat de loterij jaarlijks herhaald werd om het fonds te onderhouden. Het lijkt erop dat het fonds geen lang leven beschoren is geweest. Waarschijnlijk was het een probleem om jaarlijks een loterij te organiseren en misschien viel de vraag naar de producten tegen.