In 1851 werd in Amsterdam de Anti-Revolutionaire (AR) Kiesvereniging Nederland en Oranje opgericht, om stemgerechtigde burgers op te wekken om hun stem uit te brengen op die kandidaten welke het gedachtengoed van de vereniging het beste nastreefden. De eerste politieke partij, de Anti-Revolutionaire Partij (ARP), werd in 1879 door Abraham Kuyper opgericht. Ook in andere plaatsen werd het voorbeeld van de kiesverenigingen gevolgd en ook werd vaak aan de naam 'Nederland en Oranje' toegevoegd, om te benadrukken dat de leden zich verbonden voelden met het vaderland en het vorstenhuis. In de Gemeente Velsen kwamen vier kiesverenigingen: een afdeling Velsen-Noord, IJmuiden-West (1902), IJmuiden-Oost samen met Driehuis (ca. 1921) en Santpoort (ca. 1927). Boven deze verenigingen stond de Centrale Anti-Revolutionaire Kiesvereniging Velsen, opgericht in 1918. In grote lijnen hielden kiesverenigingen zich bezig met de verkiezingen voor de gemeenteraden, de Staten Centrales met de verkiezingen voor de Provinciale Staten en de Kamer Centrales met die voor de Tweede Kamer der Staten Generaal. De heer K.W. Bijl, lid van de ARP uit Velsen, schreef in het voorjaar van 1962 een brief aan de landelijke besturen van ARP en CHU, waarin hij aandrong op samenwerking en samengaan van deze partijen. Toen de plaatselijke CH-kiesvereniging van deze brief kennis nam, nodigde zij de AR-kiesvereniging uit voor een gesprek. Dit onderhoud leidde tot de vorming van een Commissie Samenwerking ARP-CHU-Velsen. Deze commissie kreeg tot taak de gezamenlijke propaganda op plaatselijk niveau te verzorgen; alsmede het op plaatselijk en landelijk niveau stimuleren van het samengaan van ARP en CHU. Dit leidde uiteindelijk tot het oprichten van het Landelijk Comité Vriendenkring AR-CH op 12 december 1964 te Utrecht. In 1966 was pas sprake van een gezamenlijke Protestants-Christelijke Fractie in Velsen. Rechtsopvolger in 1980: Christen Democratisch Appèl (CDA), afdeling Velsen.