Het Burgerweeshuis is in 1765 ontstaan door de samenvoeging van twee oudere gestichten, het Heilige Geesthuis en het Arme Kinderhuis. Het Burgerweeshuis draagt sinds 1825 ook de naam Gereformeerd Weeshuis. In dat jaar namelijk heeft het bestuur van het Burgerweeshuis een overeenkomst gesloten met de kerkenraad van de Gereformeerde (Nederlands-Hervormde) Gemeente, waarbij het gesticht onder oppertoezicht van dit college werd gesteld, teneinde te vermijden, dat de kinderen zouden moeten worden opgezonden naar de koloniën van de Maatschappij van Weldadigheid. Het Weeshuis zag daarbij af van subsidiëring door de overheid. De bestaande behuizing van het Gereformeerd of Burgerweeshuis aan het Groot Heiligland bleek aan het begin van de 20e eeuw zodanig verouderd dat besloten werd tot de bouw van een nieuw weeshuis aan de Olieslagerslaan. In 1959 werd de naam van het Gereformeerd of Burgerweeshuis veranderd in Coen Cuserhuis. Tot 1988 zou dit huis door kinderen bewoond blijven. Omstreeks 1990 ging het Coen Cuserhuis samenwerken met de Marthavereniging, speciaal gericht op hulpverlening aan meisjes. Begin 1994 werd de instelling verder uitgebreid met de Stichting Boddaertcentra Kennemerland en ging als Stichting Jeugdhulp Kennemerland verder.