<p>Uit de boedel van DTH, DFO en DOS werd in 1980 een drietal regionale ontwikkelingssamenwerkingsdirecties samengesteld die verantwoordelijk waren voor het bilaterale ontwikkelingssamenwerkingsbeleid. Onder leiding van de Plaatsvervangend DGIS/BS dienden zij te functioneren als 'brug' bij het integreren van beleidsformulering en beleidsuitvoering. Enerzijds dienden zij op basis van de praktijk van de uitvoering bij te dragen aan de formulering van het bilaterale en algemene ontwikkelingsbeleid en anderzijds moesten zij zorgen dat dit geformuleerd beleid in de praktijk werd verwezenlijkt. De Directie Ontwikkelings-samenwerking Latijns-Amerika werd ingesteld met ingang van 1 augustus 1980, gelijktijdig met de directie DAF en DAL.</p><p>De directie bestond uit twee, vanaf 1987 uit drie bureaus. Het Bureau Suriname (DLA/SU) was de rechtstreekse opvolger van de Directie Ontwikkelingssamenwerking Suriname (DOS). Het bureau had als taak het voorbereiden en uitvoeren van het bilaterale ontwikkelingsbeleid voor Suriname. De activiteiten van het bureau hebben na de coup van december 1980 voor langere tijd stil gelegen. Het bureau hield zich in die tijd bezig met betrekking tot activiteiten in andere Latijns-Amerikaanse landen, in het bijzonder de Andes-regio. Het Bureau Latijns-Amerika (DLA/LA), dat met ingang van 15 maart 1983 officieel werd ingesteld, functioneerde van 1980 tot 1987.307 In dat laatste jaar werd het gesplitst in de bureaus Midden- Amerika en Caribisch Gebied (DLA/MA, Antigua en Barbuda, Bahama-eilanden, Barbados, Belize, Costa Rica, Cuba, Dominica, Dominicaanse Republiek, El Salvador, Grenada, Guatemala, Guyana, Haïti, Honduras, Jamaica, Mexico, Nicaragua, Panama, St. Christopher en Nevis, St. Lucia, St. Vincent en de Grenadinen en Trinidad en Tobago) en Zuid-Amerika (DLA/ZA, Argentinië, Brazilië, Chili, Columbia, Ecuador, Paraguay, Peru, Uruguay en Venezuela).</p><p>Vanaf 1996 beschikten de reeds bestaande DG’s niet langer over eigen regionale directies. Deze directies behoorden vanaf dat moment allen tot de DG Regio Beleid-sector. De regiodirecties moesten zorgen voor meer samenhang in het beleid van BZ en ontwikkelingssamenwerking. Andere taken gingen over naar de nieuwe OS-directies binnen DG IS. </p>