De taak van de DPC is het inrichten en besturen van de bedrijfsvoering bij de Bestuursstaf van Defensie, waarbij een doelmatige en rechtmatige aanwending van middelen centraal staat. Hiertoe worden binnen de algemene beleidsregels van de departementsleiding visies ontwikkeld en geoperationaliseerd op het gebied van Financial Control, Management Control, Onderzoek Interne Bedrijfsvoering, informatievoorziening en inzet en gebruik van ICT middelen. Een geïntegreerde benadering van de geschetste aandachtsgebieden verzekert een samenhangende ondersteuning en besturing van de Bestuursstaf inbegrepen de relaties naar de Defensieonderdelen. De voortdurend veranderende omgeving van de Bestuursstaf en het continu streven naar doelmatigheidsverbetering noodzaakt tot een voortdurende kwaliteitsbewaking van de bedrijfsvoering en de daaraan gerelateerde sturing en beheersingsprocessen.
Verder volgt de DPC actief de politiek/bestuurlijke ontwikkelingen rond het departement. Dit vraagt van de DPC kennis van en oriëntatie op deze ontwikkelingen teneinde adequaat haar adviesrol t.b.v. de (Plaatsvervangend) Secretaris-Generaal in zijn rol als lid van het Departementaal Beraad en corporate bestuurder, uit te kunnen voeren.
Volgens subtaakbesluit dienstonderdeel SG 2008:
De directie planning en control staat onder leiding van de directeur planning en control, die is belast met:
het met inachtneming van de aanwijzingen en richtlijnen van de secretaris‑generaal geven van ambtelijke leiding aan de directie planning en control;
het adviseren van de (plaatsvervangend) secretaris‑generaal over het financieel‑economische beheer, de bestuurlijke informatievoorziening, de inrichting en werking van de bedrijfsvoering en van het planning- en controlproces, de coördinatie van dienstverlening met dienstencentra en de beveiliging van de bestuursstaf;
het met inachtneming van de functionele aanwijzingen en richtlijnen van de hoofddirecteur financiën en control uitvoeren van de door hem gemandateerde taken die voortvloeien uit de Comptabiliteitswet (Stb. 1976, 671) en het daarop gebaseerde Besluit Taak FEZ (Stb. 1992, 1);
het zorgdragen voor alle producten en processen gerelateerd aan de beleids-, plannings- en begrotingsprocedure en de klant-leverancierrelaties, alsmede het uitvoeren van het beveiligingsbeleid bij de bestuursstaf;
het stellen van behoeften en het formuleren van de eisen aan de door de dienstencentra op te leveren producten en diensten aan de bestuursstaf, binnen de gestelde kaders;
het leveren van een bijdrage aan de informatiebehoefte van de (plaatsvervangend) secretaris-generaal, gegeven het eigen terrein van verantwoordelijkheid;
de doelmatige inrichting, de bedrijfsvoering en het interne beheer van de directie planning en control.