Ook wel Secretarie van de gemeente Haarlem. In de periode 1813-1898 kende de Secretarie nog geen onderverdeling in afdelingen en was eigenlijk een grote afdeling Algemene Zaken. Alles werd op één afdeling afgehandeld, met als gevolg één grote serie correspondentie. In de loop van de 19e eeuw werd steeds meer correspondentie betreffende een bepaald taakonderdeel van de gemeente apart geregistreerd en bewaard. Zie band 6 voor een uitgebreide toelichting hierop. In 1899 werd de Secretarie gereorganiseerd en ontstonden de volgende acht afdelingen: 1e Afdeling Algemene Zaken, 2e Afdeling Militaire Zaken, Schutterij, Politie, Brandweer en Bescherming Bevolking, 3e Afdeling Financiën (1899-1956) en Pensioenen (1899-1918), 4e Afdeling Belastingen, 5e Afdeling Onderwijs, 6e Afdeling Burgerlijke Stand en Bevolking, 7e Afdeling Openbare Werken en de 8e Afdeling Personeelszaken en Pensioenen (1919-1957). Deze afdelingen zijn als aparte archieven opgenomen. Het archief van het Gemeentebestuur van Haarlem, 1813-1957, is in bewerking. De opnieuw geïnventariseerde stukken staan beschreven in band 9.1. Stukken die nog niet zijn hernummerd zijn opgenomen in band 8.1. Zie vooral ook de gebruiksinformatie bij de toegang.