De Gemeentelijke Dienst voor Sociale Zaken - in 1976 is de naam gewijzigd in Gemeentelijke Sociale Dienst, kortweg GSD - werd in 1943 opgericht als rechtsopvolger van de Dienst Maatschappelijk Hulpbetoon. In januari 1933 was de Dienst Maatschappelijk Hulpbetoon opgericht als rechtsopvolger van het Burgerlijk Armbestuur. Tot de hoofdtaken van de dienst in de jaren 70 en 80 van de 20e eeuw behoorden de uitvoering van sociale wetten en regelingen, zoals de WWV (Wet Werkloosheidsvoorziening), WBO (Wet Bejaardenoorden) en de BKR (Beeldende Kunstenaars Regeling). De dienst bestond uit zes afdelingen die zich bezighielden met de toetsing, uitvoering en administratie van de diverse wetten en regelingen. De nadruk lag op financiƫle hulpverlening, begeleiding van cliƫnten en, waar nodig, psychosociale hulpverlening. Kerntaak bleef de uitvoering van de Algemene Bijstandswet (ABW) en de daaruit voortvloeiende verlening van bijstand aan specifieke groepen via rijksgroepsregelingen, zoals bijv. de rijksgroepsregeling voor zelfstandigen of voor oorlogsslachtoffers. Verder was de dienst verantwoordelijk voor het beheer van het woonwagencentrum in de Waarderpolder en voor de bemiddeling van daklozen. In 1986-1987 werd de Gemeentelijke Sociale Dienst gereorganiseerd met als resultaat een 'platte organsiatie' ter verbetering van de interne communicatie. Taken werden gekwantificeerd en er kwam controle op behaalde productie.