In 1828 werd de rechterlijke indeling van de provincie Noord-Holland vastgesteld. De wet trad pas op 1 oktober 1838 in werking. Het arrondissement Amsterdam werd in acht kantons ingedeeld, waaronder twee kantons in het Gooi: Het kanton Weesp waarin de gemeenten Weesp, Bijlmermeer, Weesperkarspel en Hoog Bijlmermeer, Ankeveen, Nederhorst den Berg, Overmeer en Hinderdam, Muiden en Muiderberg, Diemerdam, met als zetel van het kantongerecht: Weesp. Het kanton Naarden waarin de gemeenten Naarden, Hilversum, Bussum, Huizen, Blaricum, Laren, 's-Graveland, Kortenhoef en Riethoven, met als zetel van het kantongerecht: Naarden. Bij wet van 9 april 1877 kwam er een nieuwe kantonnale indeling, waarbij o.a. de kantongerechten te Naarden en Weesp werden ontbonden. De kantons Naarden en Weesp werden samengevoegd tot een kanton waarbij de zetel van het nieuwe kantongerecht in Hilversum werd vastgesteld. Het kantongerecht behandelt civiele procedures en strafzaken. Van de vonnissen en beschikkingen van de kantonrechter kan hoger beroep worden ingesteld bij de rechtbank van het arrondissement waarin het kantongerecht is gelegen. Sinds 1 januari 2002 is het kantongerecht gefuseerd met de arrondissementsrechtbank in een nieuwe organisatie met als nieuwe naam: Rechtbank Amsterdam. Het oude kantongerecht Hilversum is ondergebracht als 'sector kanton' in de rechtbank-nieuwe stijl. Dit heeft tot gevolg dat sedertdien, hoger beroep kan worden ingesteld bij het gerechtshof waarin het arrondissement gelegen is.