Gedeputeerde Staten van Noord-Holland besloten op 12 maart 1941 tot het instellen van een Commissie ter bestudering van de Gemeentelijke Indeling van Noord-Holland (PCGIN). De commissie werd ook wel Commissie Ter Veen genoemd, naar de voorzitter prof. dr. Henri Nicolaas ter Veen (geboren op 19 december 1883 te Amsterdam en overleden op 7 november 1949 te Amsterdam), sociaal-geograaf te Amsterdam. Op 28 juli 1941 werd de commissie geïnstalleerd door de toenmalige Commissaris der Provincie, mr. A.J. Backer. De commissie heeft zich eerst beraden over de normeringen van de nieuwe gemeentelijke indeling. Het ging er met name om of de nieuw te vormen gemeenten voldoende kapitaalkrachtig waren en het aantal inwoners was eveneens van belang. Vervolgens werd dit vertaald naar concrete richtlijnen, die bij de nieuwe indeling konden worden toegepast. Hierna ontwierp de commissie, aan de hand van de richtlijnen en uitgaande van de bestaande gemeenten, streeksgewijs een nieuwe gemeentelijke indeling. Het eindverslag van de commissie werd in een serie deelrapporten gedurende de periode 1949-1958 gepubliceerd. De werkzaamheden van de commissie kwamen ten einde met de aanbieding van de laatste deelrapporten bij brief van 19 mei 1958. Verdere uitwerking van het eindverslag van de commissie kwam pas jaren later. In 1964 besloten Gedeputeerde Staten te onderzoeken welke delen van de provincie voor gemeentelijke herindeling in aanmerking kwamen. Daarnaast moesten er studies komen over grenswijzigingen en voorstellen tot samenvoeging. Het eindrapport van de Commissie Ter Veen diende hierbij als leidraad te worden gebruikt. Een en ander resulteerde op 17 augustus 1965 tot de instelling van een ambtelijke voorbereidingscommissie voor de gemeentelijke indelingen en nieuwe bestuursvormen.