De Raden van Beroep voor de directe belastingen dienden als college voor de behandeling van beroepschriften tegen aanslagen van directe belastingen en deden daarin uitspraak. Zij waren gevestigd in plaatsen, waar ook de arrondissementsrechtbanken gezeteld zijn. De Raden van Beroep voor de directe belastingen zijn in 1915 ingesteld ter vervanging van de afzonderlijke Raden van Beroep voor de vermogensbelasting en voor de personele belasting. Deze Raden van Beroep werden in 1957 opgeheven, toen de nieuw ingestelde belastingkamers van de gerechtshoven hun taken overnamen. Dientengevolge nam de Belastingkamer van het Gerechtshof te Amsterdam de taken over van de Raden van Beroep te Alkmaar, Amsterdam en Utrecht, welke plaatsen gelegen zijn in het ressort van dit gerechtshof. Tot 1 augustus 1933 heeft er ook een Raad van Beroep voor de directe belastingen te Haarlem bestaan, waarvan de taken overgenomen zijn door de Raad van Beroep voor de directe belastingen te Amsterdam. Eveneens tot 1 augustus 1933 hebben er in Amsterdam twee Raden van Beroep voor de directe belastingen (I en II) bestaan. De Raad van Beroep I behandelde de beroepschriften van inwoners van Amsterdam, de Raad van Beroep II die van inwoners van de overige plaatsen in zijn ressort, die overeenkwam met het arrondissement van de Rechtbank te Amsterdam.