Relweg, tehuis voor de Bijzondere Jeugdzorg te Wijk aan Zee, was bestemd voor de opvang van jeugdige politieke delinquenten. Het pand was eigendom van de Vereniging Joodse Zee- en Boskolonies. In februari 1948 werden de jeugdige politieke delinquenten overgeplaatst naar het tehuis Stella Maris, eveneens te Wijk aan Zee, dat tot 1 februari 1948 bestemd was geweest voor kinderen van om politieke redenen gedetineerden, ressorterend onder de inspectie van het district Leiden. Van 1 februari 1948 tot 1 juli 1948 ressorteerde het tehuis onder de Provinciale Inspectie voor de Bijzondere Jeugdzorg Noord-Holland.