Het stichtingsjaar van de Statie Sint Bavo en de namen van de eerste pastoors zijn, bij gebrek aan gegevens, niet bekend. De statie, gelegen in de Achterstraat, was via een nauw steegje te bereiken. Rond 1800 telde de statie 700 zielen, waaronder 480 communicanten. Wegens de slechte toestand van het kerkgebouw besloot aartspriester Cramer de statie op te heffen op 9 juni 1816, de datum waarop pastoor E.P. van der Hoeven naar Maassluis was vertrokken. De kerkgangers kwamen massaal in verzet tegen dit besluit, waarop de aartspriester besloot de opheffing voorlopig uit te stellen. Hij benoemde kapelaan D. van den Enden tot deservitor (waarnemend pastoor van de vacante statie). Het volgende jaar bleken de gemoederen gekalmeerd en kon Van den Enden - als benoemd pastoor van Medemblik - ongestoord de statie verlaten.