Van 1691-1712 was Johan van der Poel notaris te Heemstede. Om zich als openbaar notaris te kunnen vestigen had de notaris een akte van admissie van het Hof van Holland nodig. Het aantal notarissen was per standplaats beperkt. In 1813/1814 en in 1842 zijn een aantal wijzigingen ingevoerd. Voortaan werd een notaris bij Koninklijk Besluit genoemd, zijn rechtspositie werd geregeld in de Wet op het notarisambt van 9 juli 1842, Staatsblad 20, welke wet sindsdien herhaaldelijk is gewijzigd. Het aantal notarissen per standplaats bleef beperkt. Vanaf 1842 was de notaris verplicht om de notariële akten van zijn voorganger(s), voorzover ouder dan 30 jaren, over te brengen naar een notariële bewaarplaats verbonden aan de rechtbank van het desbetreffende arrondissement. Vandaar zijn de notariële akten, voorzover ouder dan 75 jaren, overgebracht naar rijksarchiefbewaarplaatsen, of door het rijk in bewaring gegeven aan gemeenten met een eigen archiefdienst.