<p>De minister van LNV desgevraagd of uit eigen beweging van advies dienen betreffende het nationaal en internationaal te voeren beleid op het gebied van de veevoeding;</p><p>Overleggen over algemene vraagstukken betreffende de veevoeding en meer in het bijzonder over de toelating van het gebruik van toevoegingsmiddelen in de veevoeding;</p><p>Zich voortdurend op de hoogte houden van alle veevoedingswetenschappelijke en daarmee samenhangende veterinaire ontwikkelingen, alsmede van die op de terreinen van toxicologie, analyse, milieu en praktische veevoeding;</p><p>Zoveel mogelijk streven naar de coördinatie van technische en operationele samenwerking van alle op het gebied van de veevoeding werkzame ambtelijke disciplines;</p><p>Stimuleren van een soortgelijke samenwerking met diensten en instellingen welke zich bezighouden met vraagstukken die samenhangen met de veevoeding;</p><p>instellen, voor bepaalde onderwerpen die met de eigen taak verband houden, van stuur-, werk- of studiegroepen, die worden samengesteld uit eigen leden of uit daartoe uitgenodigde deskundigen. </p>