Het rechtsgebied van Haarlem omvatte de stad en haar vrijheid. Op den duur werden verschillende zaken niet meer door de voltallige Vierschaar (Schepenbank), maar door commissarissen uit hun midden behandeld. Voor schepenen als Commissarissen van huwelijkse zaken moesten de huwelijken van niet-hervormden gesloten worden. Verder behandelden deze commissarissen zaken als echtscheiding, verbreking van trouwbeloften, alimentatie en defloratie. In 1811 kwamen de justitiƫle werkzaamheden aan de Rechtbank van eerste aanleg, sinds 1838 arrondissementsrechtbank.