Toen de regering in 1922 besloot het in 1884 opgerichte Rijkskrankzinnigengesticht te Medemblik op te heffen, bood overname van dat gesticht door de provincie Noord-Holland een oplossing voor het tekort aan verpleegplaatsen voor psychiatrische patiënten. Het provinciaal bestuur kwam een huurcontract met het Rijk overeen met een looptijd van 30 jaar. Dit contract ging in op 1 januari 1923 en de laatste "rijkspatiënten" vertrokken op 4 januari van dat jaar. Eind 1952 kwamen Provincie en Rijk overeen het huurcontract voor onbepaalde tijd te verlengen.In verband met de opening van het Provinciaal Ziekenhuis te Medemblik werd door Provinciale Staten het Algemeen Reglement op het bestuur der Provinciale Ziekenhuizen gewijzigd. Het reglement van 1922 voorzag in de instelling van drie commissies van bestuur, nl. voor het Provinciaal Ziekenhuis nabij Santpoort, het Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch te Castricum (Bakkum) en het Provinciaal Ziekenhuis te Medemblik. Voor de Commissie van Bestuur van het Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch werd de mogelijkheid geschapen met dezelfde personele samenstelling de Commissie van Bestuur van het Provinciaal Ziekenhuis te Medemblik te vormen. Van deze mogelijkheid maakte de genoemde commissie van bestuur inderdaad gebruik. Medemblik functioneerde wel zelfstandig, de Commissie van Bestuur vervulde als het ware een dubbelrol. Met ingang van 1 januari 1936 veranderde de bestuursstructuur: één commissie van bestuur voor alle drie ziekenhuizen ging toen functioneren. 'Medemblik' is steeds een inrichting geweest uitsluitend voor mannen; dit in tegenstelling tot de beide andere provinciale ziekenhuizen, waar zowel mannelijke als vrouwelijke patiënten werden verpleegd. Al in 1955 werd in principe besloten om het Provinciaal Ziekenhuis te Medemblik geleidelijk op te heffen. Pas twaalf jaar later werd het gesloten.