De hoofdafdeling had taken omtrent:
-Behandeling van algemene vraagstukken van economische en statistische aard, alsmede de verzorging van de coördinatie met andere departementen en instellingen ter zake van aldaar behandelde onderwerpen van economische en statistische aard, welke van invloed waren op het beleid van het ministerie;
-Behandeling van aangelegenheden betreffende publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie;
-Uitvoering der Comptabiliteitswet 1927, zoals nader omschreven in de Regeling Comptabiliteit 1959;
-Samenstelling van de begroting;
-Preventief toezicht op de besteding van de begrotingsgelden;
-Samenstelling rekening en verslagen wegens de uitgaven;
-Betaalbaarstelling van alle traktementen, reis- en verblijfkosten en vacatiegelden;
-Het voeren van de begrotingsboekhouding en van de administratie van oorlogsschade aan onroerende goederen;
-Controle op het financieel beheer van het ministerie en de. daaronder ressorterende Rijksdiensten en instellingen.[1]