De 1e Afdeling Politieke Zaken had taken omtrent:
- internationale aangelegenheden van publiek- en privaatrechtelijke aard;
- politieke betrekkingen met vreemde mogendheden;
- bepalingen en overeenkomsten betreffende de rechten, de staat en de bevoegdheid van Nederlanders in het buitenland en van vreemdelingen in het binnenland;
- behandeling van kwesties van nationaliteit en exterritorialiteit;
- behandeling van naturalisaties;
- paspoorten;
- onderhandelingen over en uitvoering van verdragen over de uitlevering van misdadigers, letterkundige eigendommen etc.;
- verdragen die betrekking hebben op de grenzen van het Rijk;
- behandeling van nalatenschappen van Nederlanders in het buitenland;
- dienstplicht bij de militie in Nederland en in het buitenland;
- onderstand en verplegingskosten, overneming van behoeftigen;
- inlichtingen omtrent personen;
- inlichtingen omtrent punten van wetgeving (Nederlandse en vreemde);
- uitvoering van de wet houdende regeling van de bevoegdheid van de consulaire ambtenaren tot het opmaken van burgerlijke akten en van de consulaire rechtsmacht.[6]