De afdeling had taken omtrent:
-alle aangelegenheden van juridische aard;
-organisatie van de Rijkspolitie;
-behandeling van personeelsaangelegenheden van de Rijkspolitie;
-aangelegenheden betreffende de kleding, de uitrusting en de verdere materiële voorziening van de politie;
-huisvestingsaangelegenheden;
-politieverbindingsdienst;
-politie-technische Dienst;
-intendance;
-behandeling van zaken van vertrouwelijke aard;
-verdeling van de ingekomen post;
-inwendige dienst van het dienstgebouw;
-kabinet;
-secretarie;
-expeditie;
-agenda;
-archief;
-wagenpark;
-centrale registratie van personen van Nederlandse nationaliteit ten nadele van wie bepaalde strafbare feiten bekend waren;
-verzameling van dactyloscopische signalementen en van foto’s van zodanige personen;
-centrale numerieke administratie van alle kentekenbewijzen afgegeven ingevolge de Wegenverkeerswet;
-uitgifte Algemeen Politieblad, Opsporingsblad, Opsporingsregister, Register van ontvreemde motorrijtuigen. In sommige gevallen geven van deskundige voorlichting of bijstand bij opsporing;
-centrale leiding inzake de uitvoering van de vreemdelingen- en grensbewakingsvoor- schriften en centrale registratie van hier te lande vertoevende vreemdelingen;
-registratie van gegevens betreffende bepaalde misdrijven en het verstrekken van inlichtingen daaromtrent aan justitie- en politie-instanties, welke gegevens waren bijeengebracht bij: a.de centrale inzake falcificaten; b. de centrale inzake internationale misdadigers; c. de centrale inzake ernstige misdrijven; d. de centrale ter bestrijding van ontvreemding van motorrijtuigen; e. de centrale ter bestrijding van handel in vrouwen en kinderen en van de handel in ontuchtige uitgaven; f. de centrale inzake bestrijding van de smokkelhandel in verdovende middelen; g. Documentatiedienst inzake namaak en vervalsing van de Internationale Criminele-Politie Commissie onder meer belast met de uitgifte van het blad „Contrefacons et Falcifications/Contrefeits and Forgeries”.[1]