Taken omtrent de voedselvoorziening, waarvoor het Bedrijfschap voor Vee en Vlees was ingesteld, bestreek de handel in en de be- en verwerking van vee en vlees, zomede de veeteelt. Het Bedrijfschap had naast bemoeiingen (tot heden in hoofdzaak verband houdende met de marktordening) op het gebied van de veeteelt, tot taak het regelen van de aanvoer en de afzet van vee, alsmede de regeling van de verdeling van vlees en vleeswaren. Deze taak werd vervuld, hetzij door het uitvaardigen en uitvoeren van eigen verordeningen en besluiten, welke het voor het belang van het gebied der voedselvoorziening, waarvoor het is ingesteld, nodig oordeelde, hetzij door het verlenen van medewerking, indien wettelijke maatregelen dit vorderden.
Het Bedrijfschap voor Vee en Vlees was monopoliehouder voor de in-en uit voer van vee, vlees en vleeswaren.[1]