De taak van de stafafdeling bestaat uit:I ten aanzien van constitutionele zaken<p>het behandelen van en adviseren over constitutionele vraagstukken en het ontwikkelen van beleid ter zake;</p><p>het verrichten van werkzaamheden ter herziening van de Grondwet;</p><p>het voorbereiden van of medewerken aan de voorbereiding van wetgeving en bestuurshandelingen die strekken tot uitvoering van de Grondwet of waarbij constitutionele aspecten in het geding zijn;</p><p>het toetsen van (in voorbereiding zijnde) wetgeving een bestuurshandelingen aan de Grondwet;</p><p>het medewerken aan de voorbereiding van de totstandkoming en van de goedkeuring van internationale verdragen die constitutionele aangelegenheden raken en het toetsen van (in voorbereiding zijnde) wetgeving - waaronder de Grondwet - en bestuursbeslissingen aan deze verdragen;</p>II ten aanzien van de Hoge Colleges van Staat, de rechtsbescherming en het kiesrecht<p>het behandelen van en adviseren over de wetgeving betrekking hebbende op de Hoge colleges van Staat, met uitzondering van de regelgeving betreffende de financiële rechtspositie van de leden der Staten-Generaal;</p><p>het behandelen van en adviseren over de wetgeving betrekking hebbende op rechtsbescherming in ruime zin, met inbegrip van de wetgeving betreffende de Nationale ombudsman;</p><p>het behandelen van en adviseren over de wetgeving betrekking hebbende op het kiesrecht en de uitvoering van deze wetgeving;</p>III ten aanzien van de overige onder het ministerie ressorterende wetgeving<p>het mede-behandelen van en mede-adviseren over alle aangelegenheden inzake de totstandkoming van de departementale wetgeving in formele zin, met uitzondering van de begrotingswetgeving;</p><p>het vervullen van een primaire rol voor het wetgevingsaspect bij door de minister, na overleg met de betrokken diensthoofden, aangewezen wetgevingsprojecten;</p><p>de eindtoetsing naar de vorm van de overige regelgeving van het ministerie;</p>IV ten aanzien van andere juridische aangelegenheden<p>het op verzoek van de departementsleiding of van departementsonderdelen behandelen van of meewerken aan aangelegenheden, niet zijnde wetgeving, met juridische aspecten;</p><p>het behandelen van civielrechtelijke kwesties;</p><p>het toetsen van door de departemensleiding aangewezen (categorieën van) juridische (beleids)stukken (bijvoorbeeld instellings- en organisatiebeschikkingen) op eenheid van presentatie en op consistentie;</p><p>de coördinatie van de behandeling van juridische aangelegenheden die verschillende departementsonderdelen betreffen en niet één onderdeel in het bijzonder aangaan;</p>V ten aanzien van de internationale zaken<p>het behandelen van en adviseren over Europese en internationale aangelegenheden van het departement, voorzover zij niet een ander departementsonderdeel in het bijzonder aangaan;</p><p>de coördinatie van de behandeling van Europese en internationale aangelegenheden van het departement. </p>