Overzicht relaties

Hierarchisch bovenliggend
Voorgangers en opvolgers
Identiteit
Parallelle namen
Eerste Afdeling
Beschrijving
Bestaansperiode
Begindatum
1858
Einddatum
1866
Geschiedenis

De 1e afdeling hield zich onder andere bezig met wetgeving, burgerlijk recht, handelsrecht, strafrecht en straf­vordering, verenigingen en notariaat.[1]

Op het gebied van wetgeving vonden de volgende ontwikkelingen plaats. In de eerste decennia van de negentiende eeuw stond de nationale codificatie centraal. Onder minister C.F. van Maanen (1815-1842) kwamen het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Koophan­del, het Wetboek op de Burgerlijke Rechtspleging en het Wetboek van Strafvordering gereed. Al liet de invoering van deze wetboeken mede als gevolg van de Belgische opstand op zich wachten tot het jaar 1838. Tot dat jaar gold de Franse wetgeving.[2]

De 1e Afdeling hield verder toezicht op rechtspersonen. Om rechtspersoonlijkheid te verkrijgen dienden naamloze vennootschappen en verenigingen hun statuten te laten goedkeuren. Bij de vennootschappen geschiedde dit door een verklaring van geen bezwaar van de betrokken minister. De verantwoordelijkheid berustte bij de minister van Justitie (tot 1841 bij de Admini­stratie van de Nationale Nijverheid). De minister zorgde vervolgens voor de publicatie van statuten en bijbehorende verklaringen in de Staatscourant. In 1855 werd ingevolge de Grondwet van 1848 het recht van vereniging en vergadering wettelijk geregeld. Voortaan was het voor verenigingen die als rechtspersoon wilden optreden goedkeuring van de statuten bij koninklijk besluit nodig. Rechtspersoonlijkheid kon worden geweigerd op grond van het algemeen belang. De voorbereiding van de KB’s vond plaats op het Ministerie.[3]

In de jaren 1866-1876 werd het Algemeen Secretariaat aangeduid als de 1e afdeling. Het takenpakket van de 1e Afdeling werd verplaatst naar de 2e afdeling.[4]

Functies en activiteiten

De 1e Afdeling had taken omtrent wetgeving:

- vraagstukken omtrent burgerlijk-, handels –en strafrecht en strafvordering;

- de uitvoering van wetten (tot 1864);

- recht van vereniging (vanaf 1864);

- naamloze vennootschappen (vanaf 1864) (afkomstig van de 2e afdeling);

- gerechtelijke statistiek (vanaf 1865).[5]

Relaties
Bovenliggend niveau
Naam Periode Beschrijving
Ministerie van Justitie 1858 tot 1866
Opvolgers
Naam Jaar van overgang Beschrijving
2e Afdeling (Justitie) 1866 Alle taken van de voormalige 1e afdeling zijn opgegaan / afgesplitst in de 2e Afdeling voor de tijdsperioden van 1866-1876.
Beheer
Identificatiecode van de instelling
Nationaal Archief
Publicatiestatus
Definitief
Niveau van detaillering
Gedeeltelijk
URL (permalink)
https://hdl.handle.net/10648/3fd08f2c-436f-448e-91a8-4bf0deec02ab
Bronnen

[1] F.J.M. Otten, Gids voor de archieven van de ministeries en de Hoge Colleges van Staat 1813-1940 (Den Haag 2004) 324.

[2] Ibidem, 326.

[3] Ibidem, 330.

[4] Ibidem, 324.

[5] Staatsalmanakken 1860 en 1864-1865.