Overzicht relaties

Hierarchisch bovenliggend
Voorgangers en opvolgers
Identiteit
Parallelle namen
Dienst voor 's Rijks verspreide kunstvoorwerpen
Beschrijving
Bestaansperiode
Begindatum
1949-08-26
Einddatum
1984
Geschiedenis

Het Bureau van de Rijksinspecteur voor Roerende Monumenten werd in 1949 bij Koninklijk Besluit ingesteld. De directeur was de Rijksinspecteur én het hoofd van de Dienst voor 's Rijks Verspreide Kunstvoorwerpen (DRVK). Deze dienst was ondergebracht bij het Bureau van de Rijksinspecteur. De heer D.F. Lunsingh Scheurleer was van 1949-1973 de Rijksinspecteur. In 1973 werd deze functie overgenomen door de heer drs. R.R. de Haas. Het Bureau van de Rijksinspecteur heeft onder verschillende ministeries geressorteerd; achtereenvolgens onder het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, vanaf 1965 onder het ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en sinds 1982 onder het ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur.

In 1973 werd R.R. de Haas Rijksinspecteur en directeur van de DRVK. Hij hief de scheiding tussen de twee diensten op. In 1975 is het Bureau van de Rijksinspecteur opgeheven, maar de functie van Rijksinspecteur bleef tot 1996 bestaan. De Dienst Verspreide Rijkscollecties (sinds 1975 de naam van de vroegere DRVK) fuseerde in 1985 met de Nederlandse Kunststichting en het Bureau Beeldende Kunst Buitenland tot de Rijksdienst Beeldende Kunst (RBK). In 1997 fuseerde de RBK met de Opleiding Restauratoren en het Centraal Laboratorium voor onderzoek van voorwerpen van kunst en wetenschap tot het Instituut Collectie Nederland.

Functies en activiteiten

De Dienst had bij de oprichting als opdracht:

- een inventaris te maken van alle aan het rijk toebehorende kunstvoorwerpen, onverschillig waar zij zich bevonden en voor zover zij niet in de inventaris van enig Rijksmuseum waren ingeschreven;

- toezicht houden op deze kunstvoorwerpen.

De Dienst mocht de kunstvoorwerpen in bruikleen geven maar ook weer terugvorderen.

De Dienst moest toezicht houden op de anders dan aan een museum of oudheidskamer in bruikleen gegeven voorwerpen die inschreven stonden in de inventaris van enig Rijksmuseum. De dienst kon bemiddelen bij het in bruikleen geven of terugvorderen van deze voorwerpen.

Mandaten/Gezagsbronnen

De Rijksinspecteur voor roerende monumenten, de ambtenaren van de Dienst en de leden van de Commissie voor 's Rijks verspreide kunstvoorwerpen hadden toegang tot alle plaatsen waar zich kunstvoorwerpen van het Rijk bevonden.

Structuur

De Rijksinspecteur voor Roerende Monumenten was hoofd van de Dienst.

Relaties
Bovenliggend niveau
Naam Periode Beschrijving
Algemene Leiding (WVC) 1982 tot 1984
Algemene Leiding (CRM) 1965 tot 1982
Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen 1949 tot 1965
Opvolgers
Naam Jaar van overgang Beschrijving
Rijksdienst Beeldende Kunst (WVC, OCW) 1984
Archieven
Archiefbewaarplaats Toegangsnummer Titel
Nationaal Archief 2.14.76 https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/2.14.76
Beheer
Identificatiecode van de instelling
Doc-Direkt
Publicatiestatus
Definitief
Niveau van detaillering
Gedeeltelijk
URL (permalink)
https://hdl.handle.net/10648/1b81d5c4-bc80-4b4c-a2fc-ff867031780e
Bronnen

KONINKLIJKE BESLUITEN. "Nederlandsche staatscourant". 's-Gravenhage, 06-09-1949. Geraadpleegd op Delpher op 10-06-2021, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000167484:mpeg21:p001

Inventaris van het fotoarchief gevormd door het Bureau van de Rijksinspecteur voor Roerende Monumenten, (1893) 1949-1975 (1976) https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/2.24.25 (laatst geraadpleegd 10-06-2021)