1949:
Het inwinnen van gegevens welke nodig zijn voor:
a. een juiste opbouw en een doeltreffend gebruik van de Koninklijke Marine;
b. de bescherming van de maritieme geheimen;
c. het uitvoeren van de bewaking tegen daden van sabotage aan maritieme objecten;
d. het treffen van maatregelen tegen diefstal van materieel, wapenen en munitie welke bestemd zijn voor of in gebruik zijn bij de Koninklijke Marine;
e. het tijdig onderkennen van ondermijnende politieke propaganda onder het Marinepersoneel.
1972:
a. het inwinnen van gegevens omtrent het potentieel en de strijdkrachten van andere mogendheden, welke nodig zijn voor een juiste opbouw en een doeltreffend gebruik van de krijgsmacht;
b. het inwinnen van gegevens welke nodig zijn voor het treffen van maatregelen:
1. ter voorkoming van activiteiten die ten doel hebben de veiligheid of paraatheid van de krijgsmacht te schaden;
2. ter beveiliging van gegevens binnen de krijgsmacht waarvan geheimhouding geboden is;
3. ter bevordering van een juist verloop van mobilisatie en concentratie der strijdkrachten.
Veiligheidsonderzoeken voor Marinepersoneel werden uitgevoerd door de Binnenlandse Veiligheidsdienst.