De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed bestaat sinds 2006, maar kent een geschiedenis van meer dan 130 jaar. In 1875 werd binnen het Ministerie van Binnenlandse Zaken de afdeling Kunsten en Wetenschappen ingesteld. Onder leiding van Victor de Stuers verstrekte die afdeling subsidies voor restauraties van monumenten. Uit de zogenoemde Rijkscommissie tot het opmaken en uitgeven van een Inventaris en eene Beschrijving van de Nederlandsche monumenten van Geschiedenis en Kunst uit 1903, ontstond in 1918 het Rijksbureau voor de Monumentenzorg. Die naam veranderde in 1947 in Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Op dat moment ging de archeologische afdeling zelfstandig verder als Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek. In 1999 gingen het in 1969 opgerichte Rijksmuseum voor Scheepsarcheologie en de sinds 1985 zelfstandige Afdeling Archeologie Onderwater op in deze Rijksdienst.
Om de samenhang tussen de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek te versterken werden de rijksdiensten in 2006 weer samengevoegd tot de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten (RACM). In 2009 ging deze Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed heten. Per 2011 heeft RCE de taken van het Instituut Collectie Nederland (ICN) overgenomen, waardoor ook het beheer en behoud van roerend erfgoed bij de RCE ligt.
De inrichting per 1 januari 2017:
De directie van de RCE bestaat uit:
– de algemeen directeur,
– de directeur.
Afdelingen die onder de algemeen directeur ressorteren:
– communicatie,
– control,
– data,
– digitale infrastructuur,
– financiën en facilitair,
– juridische zaken,
– maritiem depot,
– personeel & organisatie,
– strategie & internationaal,
– wettelijke taken.
Afdelingen die onder de directeur ressorteren:
– archeologie,
– conservering & restauratie,
– kunstcollecties,
– landschap,
– monumenten & collecties,
– regio midden-zuid,
– regio noord-oost,
– regio noord-west.